vrijdag 21 december 2012

Vrijheid

Een leven als zelfstandig tolk/vertaler is zelden saai. Neem gisteren. Ik moest naar A'dam Zuid (rechtbank). Vanaf Den Haag kon ik een rechtstreekse trein nemen. Dat kan niet mis gaan, dacht ik. Verkeerd gedacht. Zenuwslopend traag bewoog de trein in het desolate gebied tussen Leiden en Schiphol. Wisselstoring hier, problemen de seinen daar. Collectief ongenoegen in de coupé. Er zijn ergere dingen dan een trein met vertraging maar die stress, die adrenaline, wat zou ik die toch graag missen. Altijd weer de angst om te laat te komen, al vertrek je op tijd. Enfin, uiteindelijk bereikte ik het gebouw aan de Parnassusweg eerder dan mijn opdrachtgever, een fantastische advocate met wie ik het erg goed kan vinden. "Ik bevind me in de centrale hal, waar ben jij?" vroeg ik haar aan de telefoon. Ze giechelde. "Je bent zo onsubtiel als je geïrriteerd bent. Ik ben verlaat wegens nieuwe ontwikkelingen in de zaak, maar ik kom zo. Neem even een koffie. Eh, een thee." Over de zaak zelf laat ik me niet uit, beroepsgeheim oblige. Moe maar voldaan vertrok ik heel wat uren later naar Den Haag. Deze keer verliep de reis voorspoedig. Ik verheugde me al op een uiterst luie avond: Indiaas eten halen voor Thomas en mij en verder zalig niets doen. Wegzakken in de oude bank, kaarsjes en wierook aan. Naar Canterbury's law kijken. Bij thuiskomst trof ik echter een noodoproep aan van één van mijn beste klanten, een notaris. Of ik misschien diezelfde avond nog een akte kon vertalen. Zo gezegd zo gedaan. Vrijheid heeft een prijs, maar ik zou met niemand willen ruilen.